Translate

woensdag 5 april 2023

Brief van de vader van Jiddu Krishnamurti aan Rudolf Steiner

Brief van de vader van Jiddu Krishnamurti aan Rudolf Steiner   Bron:    Die Drei, nummer 9, jaar 2015 Auteur:   Stephan Widmerts Vertaling van artikel:  John Wervenbos Vertaling van brief:  Hylcke Brandt Buys en/of Leonard Beuger Uit:    Rudolf Steiner – Brieven (Uitgeverij Vrij Geestesleven Zeist, Stichting      Rudolf Steiner Vertalingen 2006)    Het Rudolf Steiner Archief in Dornach bewaart het grootste deel van de literaire en kunstzinnige nalatenschap van Rudolf Steiner. Daar worden regelmatig door wetenschappelijke vondsten door archiefmedewerkers tentoongesteld. In de leeszaal van het archief zijn de archiefstukken beschikbaar voor geïnteresseerden en onderzoekers.  De Duitse afdeling van de Theosofische Vereniging, in 1902 onder leiding van Rudolf Steiner opgericht, vertegenwoordigde een heel eigen kijk op het christendom en Christus. Zijn opvattingen verwerkte hij in zijn basisgeschrift De christelijke inwijding en de mysteriën van de oudheid (GA 8; 1902) en in de bijgewerkte oplagen van 1910 en 1925 van dat werk, ook in uiteenlopende voordrachten en voordrachtenreeksen die de evangeliën uitleggen. Na langdurige gedachtewisselingen van Steiner met het hoofdorgaan van de Theosofische Vereniging kwam het in 1912 tot een breuk. Doorslaggevend was - dat steeg uit boven de afwijkende zienswijze op het christendom - de propaganda van de Theosofische Vereniging dat Krishnamurti een reïncarnatie van de wereldleider Maitreya (dat wil zeggen Christus) zou zijn.  Jiddu Krishnamurti werd in 1895 in Zuid-India in een orthodoxe familie van brahmanen geboren. Zijn vader Jiddu Narayania1 was lid van de Theosofische Vereniging en trok na de vroege dood van de moeder met de beide zonen naar Adyar. Daar verkreeg hij bij de Theosofische Vereniging een vaste aanstelling als schrijver en als huismeester. Tijdens een wandeling aan het strand in 1909 ‘ontdekte’ Charles Webster Leadbeater, een directe medewerker van Annie Besant, Jiddu Krishnamurti op basis van diens bijzonder mooie aura. Besant en Leadbeater namen de zorgrechten van beide zonen over en in 1911 richtte Besant De Orde van De Ster van het Oosten op om Krishnamurti als de komende Heiland te propageren. Na sexuele vergrijpen van Leadbeater op beide jongens eiste de vader de zonen weer op en startte een aanklacht tegen Leadbeater en Besant. In die context schreef Jiddu Narayania op 21 maart 1912 een brief. De in een beetje onhandig geschreven brief luid vertaald (van het Engels naar het Duits; J.W.) als volgt:                                                           
 1 Jiddu is de familienaam, welke in het Latijnse alfabet ook als Geddu, Giddu of Jeddu werd geschreven voordat Jiddu ingang vond. De vader van Krishnamurti hield een oudere schrijfwijze, waardoor hij zich in de onderhavige brief als G. Naraniah aanduidde. Vergelijk Mary Luytens, The boy Krishna – The first 14 years in the life of J. Krishnamurti, o. O, 1995, bladzijde 4.  2  Vertrouwelijk en privé Jiddu Narayania aan Rudolf Steiner 21 maart 1912   

Vertrouwelijk + Persoonlijk  Geachte Heer + Broeder,  Wees zo vriendelijk mij toe te staan mijzelf aan u voor te stellen. Ik ben G. Naraniah, lid van de Theosofische Vereniging, en de vader van de twee jongens J. Krishnamurti (Alcyone)2 en Nityanandam, nu bij Mrs Annie Besant.  Onder het pseudoniem Alcyone werd in 1910 het eerste aan Krishnamurti toegeschreven geschrift Aan de voeten van de meester, uitgegeven door Leadbeater.   Naar aanleiding van een ernstige misdraging van de zijde van Mr C. W. Leadbeater, heb ik Mrs Annie Besant gevraagd mijn zoons absoluut en volledig afgezonderd te houden van Mr C. W. Leadbeater, en in dat verband hebben Mrs Annie Besant en ik een verschil van mening gehad. Zij heeft mij daarop beloofd mijn zoons volledig afgezonderd te houden van die man. Mr C. W. Leadbeater is uit India weggestuurd, waarbij de buitenwereld onder de indruk verkeert dat hij naar u is toegegaan om bepaalde geschillen op Theosofisch gebied tussen Mrs Besant en uzelf te regelen, of dat hij voor belangrijke zaken naar Italië zou zijn gegaan.   Ik schrijf deze brief om van u te horen of hij naar u is toegekomen om die zogenaamde geschillen tussen uzelf en Mrs Annie Besant met betrekking tot bepaalde Theosofische kwesties te regelen - en zo niet, zou ik dan mogen weten waar hij nu is en wat hij doet. Ook zou ik graag willen weten of Mrs Annie Besant mijn zoons weer heeft meegebracht naar het vasteland van Europa om voor kortere of langere tijd bij Mr C. W. Leadbeater te verblijven (wat tegen mijn wensen zou zijn). Als zij dat doet, zou ik dat willen verhinderen. Ik wil niet dat de namen van mijn zoons zelfs maar geassocieerd zouden worden met die van Mr C. W. Leadbeater, die zelfs binnen de Theosofische wereld een slechte reputatie heeft.   Ik zal zeer dankbaar zijn + mij zeer tegenover u verplicht voelen wanneer u zo vriendelijk wilt zijn mij te antwoorden. Ik hoop dat u mij wilt behandelen als een broeder die uw toegenegenheid verdient, en mij wilt vereren met een antwoord. Met excuses voor de overlast die ik u bezorg,  met de vriendelijkste groeten,  in alle broederlijkheid de uwe,   G. Narayaniah   Adres Urur, Adyar,   Madras. S., India    Een antwoord van Steiner is niet bekend. Wat voor indruk de brief op hem maakte laat zich raden. Het door Jiddy Narayania gevoerde proces, dat door het Indische publiek met grote belangstelling werd gevolgd, werd op 15 april 1913 in de rechtbank te Madras door hem gewonnen, maar Besant kon cassatie aantekenen, waardoor dat gerechtelijke oordeel weer werd opgeheven. Krishnamurti bleef tot zijn meerderjarigheid onder haar voogdij en tot 1929 ook leider van de Orde van De Ster van het Oosten. Daarna ontbond hij deze orde en ontwikkelde hij zijn eigen                                                            2 Onder het pseudoniem Alcyone werd in 1910 het eerste aan Krishnamurti toegeschreven geschrift Aan de voeten van de meester, uitgegeven door Leadbeater.   3  wijsheidsleer die zich kenmerkt door beslist afwijzen van alle vormen van goeroedom en een radicale instemming met vrijheid, opgewektheid en opmerkzaamheid.  Rudolf Steiner en de Duitse afdeling van de Theosofische Vereniging maakten zich, zoals gezegd, in 1912 los van de Theosofische Vereniging. In de zomer van datzelfde jaar in Kopenhagen en Nörkoping verschillende voordrachten over antroposofie en christendom3 en richtte op 28 december 1912 de Antroposofische Vereniging op. 

YYY terug naar inhoudsopgave